'Ik ben 1.70 meter, maar ik win duels van jongens van 2 meter lang en breed'
Jamiro Monteiro staat zaterdagavond tegen PEC Zwolle voor het eerst in de basis bij Heracles Almelo. Het is voor de van SC Cambuur overgekomen middenvelder de beloning voor een lastige carrière waarin hij heel wat voor zijn kiezen heeft gekregen.
"Ik speelde bij de beloften van Dordrecht, had geen inkomen, niets om op terug te vallen. Het was het zwaarste jaar ooit, maar ik ging door", vertelt de Kaapverdiër tegenover TC/Tubantia. "Mijn moeder zei: Ga terug naar school. Ga werken. Maar ik luisterde niet."
Via een tussenpersoon belandde Monteiro bij het Duitse Anker Wismar. "Het was zwaar, hard. We kwamen in een racistische buurt terecht, tijdens wedstrijden hoorde ik apengeluiden. Die raken me niet, ik kan veel hebben." Nadat hij geen contract kreeg in Duitsland, werkte Monteiro noodgedwongen bij een vleesfabriek. "We zaten er met een stel vrienden uit de buurt, een van hen kreeg ruzie met een collega. Hij werd ontslagen, wij ook, met tien man tegelijk konden we gaan. Ik kwam er des te meer achter dat ik wel hard wil werken, maar dan alleen op het voetbalveld."
Dat is Monteiro uiteindelijk gelukt, getuide zijn transfer naar Heracles. Daar krijgt hij wel eens te maken met vooroordelen over zijn geringe lengte. "Ja, ik ben klein, 1.70 meter en tenger, maar het is onzin dat ik daardoor geen profvoetballer kan zijn. Dat zie je nu: ik speel tegen jongens die twee meter lang en twee meter breed zijn en win de duels. Hoe? Omdat ik het wil. Ik ben gemotiveerd, extra juist, ik kan met mijn postuur omgaan."