Boek Janssen bestaat vooral uit 'slap gelul': 'Het gaat in wezen nergens over'
Marcel van Roosmalen schreef een boek over oud-voetballer Theo Janssen. Heel soepel ging de samenwerking tussen de twee niet, zo vertelt de schrijver in gesprek met De Volkskrant.
"Al snel bleek dat hij in een soort echtscheiding was verwikkeld. Dat onderwerp was taboe. Zijn ex-vrouw, van wie iedereen wel weet wie het is, wilde niet met naam en toenaam in het boek. Ook de naam van zijn dochter, die gewoon op Theo's Instagram staat, mocht er niet in. Daarnaast wilde Theo niet uithalen naar voetballers of trainers uit zijn verleden. Wat er overbleef was eigenlijk heel weinig", aldus Van Roosmalen in De Volkskrant.
Het boek is dan ook gevuld met 'veel slap gelul, nul ontboezemingen'. "Het is erg meta. Het gaat in wezen nergens over. Als we op tv zijn, moeten we onze onderlinge irritatie uitdiepen, want meer hebben we niet."
Toch bracht de samenwerking Van Roosmalen wel een nieuw inzicht op. "Er wordt vaak gezegd dat Theo schijt heeft aan alles. Dat is, ben ik achter, eigenlijk een vorm van verlegenheid", stelt hij. "Theo vertelt niet graag hoe hij zich voelt. Hij houdt zich in, probeert mensen op afstand te houden. Eigenlijk is Theo een einzelgänger, en niet de getapte jongen die er van hem wordt gemaakt."