Leeuwinnen krijgen kritiek na WK-duel: 'Vrouwen liggen bijna 100 jaar achter'
Dat de verrichtingen van de Oranje Leeuwinnen op het WK in Frankrijk kritisch worden ontvangen, is juist een goede zaak. Dat stelt Sjoerd Mossou, die meent dat het vrouwenvoetbal steeds serieuzer wordt genomen, maar wel een flinke achterstand heeft.
'Speelsters zoals Groenen, Vivianne Miedema en Lieke Martens hebben ongeveer net zoveel trainingsuren gemaakt als jongens van hun leeftijd. Ze kunnen écht voetballen', steekt Mossou van wal in het Algemeen Dagblad. 'Maar een ander verhaal is het niveau in iets bredere zin, van de teams en speelsters onder de wereldtop. Wedstrijden zoals China tegen Zuid-Afrika zijn domweg niet om aan te zien. Een soort kelderklassevoetbal op zondagochtend is het. In slowmotion.'
De kijkcijfers zeggen volgens Mossou niets. 'Iedereen die ook maar enigszins aandachtig kijkt, herkent de speltechnische armoe. Daar is niets badinerend of behoudzuchtig aan.' De schrijver ziet dat de Nederlandse voetballiefhebber is opgegroeid met mannenvoetbal, dat sinds eind negentiende eeuw in ontwikkeling is. 'Vrouwenvoetbal wordt pas sinds een jaar of twintig serieus beoefend.' Dat in tegenstelling tot veel andere sporten, waar mannen en vrouwen 'synchroon' optrekken.
'In het (top-)voetbal liggen de vrouwen bijna 100 jaar achter. Probeer anno 2019 maar eens een mannenwedstrijd uit de jaren 20 te kijken: óók niet om aan te zien', aldus Mossou. 'Count your blessings, zou ik zeggen. Vrouwenvoetbal is razend populair, het wordt steeds serieuzer genomen, en daarmee steeds serieuzer beoordeeld. Die hype van nu is leuk en aardig, slim opgepompt door marketeers en media. Maar hoe eerlijker de kritiek, des te oprechter de liefde.'