Zweden stunt na achterstand tegen Duitsland en strijdt met Oranje om finaleplaats
Niet Duitsland, maar Zweden is de tegenstander van Nederland in de halve finales van het WK. De ploeg van Peter Gerhardsson werd aanvankelijk overlopen door de tweevoudig wereldkampioen, maar herstelde zich knap en zorgde voor een daverende verrassing.
Duitsland hield de niet geheel fitte Dzsenifer Marozsán uit voorzorg op de bank, maar had de sterspeelster aanvankelijk niet nodig. Die Frauschaft greep het initiatief in Rennes en brak de wedstrijd na een kwartier open. Sara Däbritz reet de Zweedse defensie open met een steekpass en Lina Magull rondde af: 1-0. Amper vijf minuten later was het echter alweer gelijk: de complete defensie van Duitsland liet zich verrassen door een lange bal van Linda Sembrant en Sofia Jakobsson schoot op uiterst koelbloedige wijze de 1-1 binnen.
Marozsán kwam na de gelijk opgaande eerste helft alsnog binnen de lijnen en zag hoe de Zweden al snel op voorsprong kwamen. Doelvrouw Almuth Schult redde nog fraai op een kopbal van Fridolina Rolfö, maar Stina Blackstenius had de rebound voor het inschieten: 1-2. Duitsland moest nu in de achtervolging, maar kon niet meer terugkomen in de wedstrijd. De ingevallen Lena Oberdorf kreeg vijf minuten voor tijd de grootste kans, maar kon een foutje van keepster Hedvig Lindahl niet afstraffen en kopte naast.
Zweden hield stand tijdens de zes minuten durende blessuretijd en mag zich nu opmaken voor de halve finale tegen Nederland: woensdagavond wordt er om 21.00 uur afgetrapt in Lyon. De vorige confrontatie tussen beiden viel uit in het voordeel van Oranje: Lieke Martens en Vivianne Miedema bezorgden Nederland in 2017 een 2-0 zege in Doetinchem, waarna Oranje doordenderde richting de Europese titel.