'Geniet van Ajax en rasvoetballers Ziyech en Ihattaren, maar verder is het matig'
Gerald Vanenburg hoopt dat de huidige generatie van het Nederlands elftal in de voetsporen kan treden van het Oranje dat in 1988 het EK won. De 42-voudig international wil zich echter niet aan een voorspelling te wagen.
"Deze generatie heeft absoluut veel potentie. Maar om een prijs te pakken heb je ook een beetje geluk nodig: de loting moet niet tegenzitten, je hebt wel eens een mazzeltje nodig in een wedstrijd. Dat hebben wij op het EK ook gehad", vertelt Vanenburg aan De Telegraaf.
Waar nu iemand als Frenkie de Jong wordt bewierookt, kende Vanenburg begin jaren tachtig een stormachtige doorbraak bij Ajax. "Wat er allemaal op me afkwam, was misschien nog wel extremer dan nu het geval is met jonge spelers. Ik denk niet, dat ze toen al vaak zo'n soort speler hadden gezien. Een technische speler, die bijna alles kon met de bal. Dat was toen voor veel mensen uniek."
Vanenburg groeide als voetballer op straat op. "Dat zag je terug in mijn spel en dat zie je nu ook weer bij jongens als Hakim Ziyech en Mohamed Ihattaren. Dat zijn rasvoetballers. Niet toevallig twee Marokkaanse jongens, want het zijn vooral die jongens die nog veel op straat voetballen." Hij meent dat het voetbaltechnisch tegenwoordig karig is gesteld. "Als je naar het voetbal van nu kijkt, dan kun je als liefhebber genieten van Ajax. Maar veel meer is er niet te genieten, eerlijk gezegd."
"Zelfs als ik naar de Champions League kijk, verbaas ik me erover, hoe matig het vaak is op technisch vlak", aldus Vanenburg.