Van Egmond benoemt handsbal Viergever tegen Feyenoord: 'Hij had twaalf camera's'

10 januari 2020 om 09:28

De VAR zat er in de eerste seizoenshelft zeventien keer naast. Dat stelt de Nederlandse scheidsrechtersbaas Dick van Egmond. Vooral een moment uit de wedstrijd tussen Feyenoord en PSV, de handsbal van Nick Viergever, deed veel stof opwaaien.

Van Egmond geeft in gesprek met De Telegraaf aan dat de VAR twaalf keer niet ingreep terwijl dat wel nodig was. Daarnaast werden er vijf beslissingen van de VAR beoordeeld als onterecht. "In totaal zijn er dus zeventien aanwijsbare fouten gemaakt. We hadden gehoopt op een lager aantal."

Vooral de handsbal van Nick Viergever tijdens de wedstrijd tussen Feyenoord en PSV leverde de VAR veel kritiek op. Scheidsrechter Bas Nijhuis legde de bal op de stip, terwijl er van bewust hands geen sprake leek. De VAR greep niet in, aangezien er geen goed camerastandpunt beschikbaar was. "De VAR, Dennis Higler, had twaalf camera’s. Maar op geen enkel beeld zag hij een duidelijk bewijs dat hij moest ingrijpen. Na afloop concludeerde ook Bas dat hij hem beter niet had kunnen geven. Dat blijven vervelende momenten", vertelt Van Egmond. 

Daarnaast kregen de Nederlandse arbiters kritiek op het aantal minuten blessuretijd, die volgens veel supporters vaak veel te laag liggen. "Ik ga niet beweren dat het nu al perfect is, maar we onderkennen allemaal dat we te vaak te zuinig zijn geweest met blessuretijd", sluit Van Egmond dan ook af.