'Hoog Manolev-gehalte' bij Ajax-PSV: 'Schoot in de lach om Unnerstalls wanhoop'

3 februari 2020 om 07:58

De kraker tussen Ajax en PSV van zondagmiddag was een 'parodie op voetbal', meent Hugo Borst. Volgens de columnist van het Algemeen Dagblad haalden de nummers één en vijf van de Eredivisie tijdens de tweede helft een ongekend laag niveau.

Voor rust onderstreepte Ajax zijn dominantie met zestien doelpogingen. De Amsterdammers zagen echter ook drie spelers – Joël Veltman, Quincy Promes en Ryan Babel – uitvallen: volgens Borst werd het qua spelpeil steeds erger, naarmate de wedstrijd vorderde. 'Rond de 50ste minuut zie je de bal in 30 seconden zes keer veranderen van elftal. Als je er het geluid van een flipperkast uit de jaren 70 onder monteert, schiet je in de lach omdat je de onkunde dan beter ziet', schrijft hij in zijn column.

De invalbeurt van Kostas Mitroglou werkte bij Borst op de lachspieren. Ook toen hij doelman Lars Unnerstall vlak voor tijd mee naar voren zag gaan, kon hij zich niet inhouden. 'Ik schoot in de lach om de wanhoop. Toen hij bijna raak kopte moest ik keihard lachen.' De columnist zag speler met miljoenensalarissen 'heel rare dingen' doen. 'Als de twee rijkste Nederlandse clubs tegen elkaar voetballen en je ziet dat de tweede helft van Ajax-PSV zo'n hoog Manolev-gehalte heeft, dan hoor je René van der Gijp lachen.'