Kluivert telt zegeningen en 'dankt' Ronaldo: 'Anders vast niet gescoord in Wenen'

22 mei 2020 om 22:52
Laatste update: 22 mei 2020 om 22:57

Patrick Kluivert was op 24 mei 1995 nog maar achttien jaar oud, maar schreef wel sportgeschiedenis. Dankzij het legendarische puntertje in Wenen legde Ajax als voorlopig laatste Nederlandse club beslag op de Champions League.

Dat Kluivert een heldenrol zou vervullen, was door sommigen al voorspeld. Moeder Lidwina had een telefoongesprek met toenmalig Ajax-voorzitter Michael van Praag. "Ze voorspelde dat ik in de tachtigste minuut de winnende treffer zou aantekenen. Dat ze er vier minuten naast zat, heeft Michael haar wel vergeven, denk ik", haalt Kluivert 25 jaar na dato herinneringen op met De Telegraaf. Een onbekende gast sprak eveneens een profetie uit. "Er stond vlak voor de wedstrijd opeens een Braziliaan in een gifgroen jasje op het veld, die me zei dat ik ging scoren en me een zilveren kruis gaf. Tot op de dag van vandaag weet ik niet wie hij is."

Een andere Braziliaan plaveide indirect de weg voor Kluivert: Ronaldo stond na het WK van 1994 in de belangstelling van Ajax én PSV. "Zoals bekend ging hij naar Eindhoven", aldus Kluivert, die dat seizoen bij de Ajax-selectie werd gehaald en achteraf zijn zegeningen telt. "Was Ronaldo naar Ajax gekomen, dan had ik op mijn beurt moeten wachten en had ik in Wenen waarschijnlijk nooit gescoord."

Nummer 15 op de buik
Tijdens de finale op 24 mei 1995 moest de latere 79-voudig international op de bank beginnen, maar maakte hij als invaller het verschil. Kluivert draaide zijn shirt met rugnummer 15 om, zoals hij vooraf al had uitgedacht. "Tijdens het juichen raakte ik zo in extase dat ik geen lucht meer kreeg en ik iedereen afweerde of wegduwde. Dat werd later uitgelegd alsof ik alle aandacht voor mezelf wilde opeisen, maar ik was echt een beetje in paniek", verklaart hij.

Daarna kwam Kluivert echter weer tot zichzelf, net als zijn ploeggenoten. "Dat blijf ik heel bijzonder vinden van de finale. Louis (van Gaal, red.) schreeuwde de longen uit zijn lijf, eiste dat we weer bij de les waren. Maar in het veld voelden we dat het niet meer fout kon gaan. De stress langs het veld ging aan ons voorbij."