Fraser grijpt in bij ADO: "Ik word ook strontziek van al die koptelefoons"
Profvoetballers en technologie, ze lijken onlosmakelijk met elkaar verbonden. Henk Fraser, coach van ADO Den Haag, is er echter geen voorstander van en is van plan om een maatregel in te voeren.
"Wij moeten meer met elkaar gaan praten", legt de coach uit aan het Algemeen Dagblad. "Mobieltjes bij het eten, ik wil ze niet meer zien. We gaan een paar goede doelen zoeken voor de boetes die daar op staan. Ik wil het gewoon niet hebben. Ik word ook strontziek van al die koptelefoons met ieder zijn eigen muziek. Iedereen leeft maar in zijn eigen wereld, maar ik ga voor het groepsgevoel."
Fraser weet nog goed hoe het er in zijn tijd als voetballer aan toeging. "Wij namen vroeger zo'n ghettoblaster mee. De ene dag hoorde je R&B of HipHop, de andere dag André Hazes. Je leerde dat waarderen, je leerde elkaar waarderen." Ook op het voetballende gedeelte van zijn ploeg heeft de coach wat aan te merken.
"Een aantal jongens speelt veel te zuinig. 'Maar trainer', hoor ik dan, 'ik ben toch een voetballer?' Zeg ik: kijk dan eens naar de grote jongens in het topvoetbal. De Messi's, zo'n Christian Eriksen, ze maken de meeste kilometers. Ik neem graag Jari Litmanen als voorbeeld, één van de mooiste voetballers tegen wie ik heb gespeeld. Hij was voor in de 'zestien' te vinden om gevaar te stichten, en even later stond hij alweer achter om te ondersteunen. Zijn ze bij ADO beter dan Litmanen was?''