Ajax pakt 40 procent van de punten, Nederland wel steeds sterker in de breedte
Wie van jullie denkt nog wel eens terug aan het Europese seizoen 2017/2018, toen Ajax, PSV en FC Utrecht voor 1 september al klaar waren en Feyenoord en Vitesse kansloos onderuit gingen in de Champions League en Europa League? Vier jaar later zijn we bezig met het verreweg beste Europese seizoen ooit, zouden vijf Nederlandse clubs kunnen overwinteren en ligt er in de toekomst een extra Champions League-ticket in het verschiet. VoetbalPrimeur duikt in de cijfers achter deze Europese opmars.
Nog een half jaartje en dan zijn we er eindelijk van verlost: de schamele cijfers van '17/'18. De vijf Nederlandse clubs kwamen uit op slechts 14,5 punt (coëfficiëntscore van 2.900) en Nederland was de nummer veertien van Europa, tussen Tsjechië en Griekenland in. Daarna volgden – voornamelijk dankzij de prima prestaties van Ajax – drie seizoenen van Europees herstel, voordat in het afgelopen halfjaar alle registers open werden getrokken. Het was sinds 2011/2012 niet meer gelukt om boven de tien uit te komen, maar Nederland heeft de recordscore uit dat seizoen vóór de winterstop al overtroffen.
Dat is voor een belangrijk deel te danken aan Ajax, dat niet één punt liet liggen in zijn zes Champions League-wedstrijden en bovendien negen bonuspunten pakte voor Nederland: vier voor Champions League-kwalificatie en vijf voor overwintering. Het succes van Nederland is echter vooral het succes van de breedte. Waar Ajax in 2018/2019 nog driekwart van alle Nederlandse punten pakte, zijn het nu alle vijf de Eredivisie-vertegenwoordigers die hun steentje bijdragen en dubbele cijfers behaald hebben. En daardoor zijn we op het moment van schrijven het best scorende land van Europa.
Wat dat betreft verdient Vitesse een groot compliment. PSV, Feyenoord, AZ en ook Ajax gaven niet altijd thuis – denk aan NK Osijek, AS Trencín, Kairat Almaty en Rosenborg – maar de prestaties van de overige clubs waren écht de achilleshiel van Nederland. Van tweeluiken als Heracles Almelo-Arouca, Vitesse-FC Basel, FC Utrecht-Zrinjski Mostar en Willem II-Rangers FC hebben we nog jarenlang last (gehad) op de coëfficiëntenranglijst. Vitesse heeft echter bewezen dat ook clubs buiten de traditionele Eredivisie-top zich kunnen ontwikkelen tot waardige vertegenwoordigers in Europa.
Als we naar de iets langere termijn kijken, zijn het uiteraard wel de topclubs die de meeste punten voor Nederland gepakt hebben. Ajax is na het Rosenborg-echec in 2017 drie keer op rij de hofleverancier van Nederland geweest en is tot dusver ook de grootste puntenpakker van dit seizoen. Mede door die uitschieter in '18/'19 heeft Ajax veertig procent van de Nederlandse punten over de grens gepakt. PSV speelde in de cyclus 2017-2022 één keer Champions League-voetbal en overwintert nu twee keer op rij in Europa, goed voor een tweede plek. Feyenoord heeft ook nog één Champions League-seizoen in de benen, terwijl AZ bijna elk seizoen wel levert: de Rotterdammers en Alkmaarders komen samen op plek drie uit, voor Vitesse, FC Utrecht en Willem II.
En hoe gaat het nu verder? Als het verloop van Tottenham Hotspur-Stade Rennes meezit, pakt Vitesse nog een extra bonus voor Nederland, daarna gaat onze strijd met Portugal verder. Ajax, Sporting Portugal en Benfica overwinteren in de Champions League, FC Porto en Sporting Braga vinden we in de Europa League-tussenronde, PSV en misschien Vitessen stromen in de Conference League-tussenronde in, Feyenoord en AZ hervatten begin maart hun Conference League-campagne.
Zoals het er nu naar uitziet, neemt Nederland de huidige zesde plek van Portugal over, zodra de punten over '17/'18 komen te vervallen. Dat kan uiteraard zo weer veranderen als de prestaties van de Nederlandse clubs in de knock-outfase tegenvallen, maar voorlopig heeft Nederland de wind in de zeilen zoals het in de laatste jaren zelden de wind in de zeilen heeft gehad.
Bron: Bert Kassies
(Hein Nooijens/VoetbalPrimeur)