'Mijn ouders zeiden: wat wil je nou? Je komt van Volendam naar de Bundesliga'
Micky van de Ven kijkt gematigd tevreden terug op zijn debuutseizoen in de Bundesliga. De 21-jarige verdediger verruilde vorige zomer FC Volendam voor het VfL Wolfsburg van destijds Mark van Bommel en moest in het begin flink aanpoten.
"Het was wennen", erkent hij in gesprek met De Telegraaf. "Normaal natuurlijk. Kijk: alles was nieuw. De club, de taal, mijn medespelers. Ik had ook een paar keer niet bij de selectie gezeten, dat soort dingetjes. Dat vrat aan mij, ik vond het gewoon niet leuk. Maar mijn ouders zeiden: Wat wil je nou? Je komt van Volendam naar de Bundesliga, je bent er net. Dan zijn dit soort dingen normaal."
Na een veelbelovende start kreeg Van de Ven tegenslagen te verwerken. Van Bommel, die de clubleiding van Wolfsburg overtuigde van de kwaliteiten van de verdediger, werd ontslagen en vlak daarna liep Van de Ven een zware hamstringblessure op. De laatste twee competitieduels tegen 1. FC Köln (0-1) en Bayern München (2-2) speelde hij na lange tijd weer vanaf het begin. "In het eerste half uur werden we van het kastje naar de muur gespeeld", doelt hij op het duel met Der Rekordmeister. "Echt: we stonden in een hele grote rondo. Je weet van tv hoe goed die gasten zijn, maar op het veld zie je pas écht hoe goed ze zijn."