'Ik speel altijd. Dat vertrouwen voelde ik in Nederland alleen bij FC Dordrecht'
Yoëll van Nieff maakt zich op voor de hervatting van de Hongaarse competitie. De 26-jarige linkspoot besloot afgelopen het avontuur aan te gaan bij Puskás Akadémia, nadat hij in Nederland uitkwam voor FC Groningen, FC Dordrecht, Excelsior en Heracles Almelo.
Van Nieff is uitgegroeid tot een bepalende speler bij de nummer vier van Hongarije, vertelt hij aan het Algemeen Dagblad. "Ik ga nu met een heel ander gevoel de wedstrijden in. Het maakt niet uit als ik een keer slecht voetbal. Ik speel altijd. Dat vertrouwen voelde ik in Nederland eigenlijk alleen bij FC Dordrecht."
Het coronavirus gooide voorlopig roet in het eten: Van Nieff kon lange tijd weinig anders dan rondjes lopen met ploeggenoot Luciano Slagveer. Hongarije kwam de coronacrisis echter zonder noemenswaardige problemen door. "Wat me opviel, was hoe gedisciplineerd de maatregelen van de overheid werden opgevolgd. 'Blijf binnen' betekent hier dat je nagenoeg niemand op straat ziet. In Boedapest kwamen mensen alleen hun huizen uit voor levensmiddelen én om te sporten", aldus de controlerende middenvelder. "Vrijwel alle winkels moesten de deuren sluiten. Heel voorzichtig gaan ze nu weer open, al zijn mondkapjes overal verplicht."
Zondagavond mag er ook weer gevoetbald worden: Puskás Akadémia ontvangt het roemruchte Ferencváros en Van Nieff kijkt ernaar uit. De Groninger is volledig opgebloeid in Hongarije. "Ik voetbal bij een goede club, woon in een geweldige stad (Boedapest, red.), de mensen zijn vriendelijk en ik voel me gewaardeerd. Ik hoef hier voorlopig niet weg", laat hij weten. "Toen ik als tienjarig jochie begon in de jeugdopleiding van FC Groningen, droomde ik niet van de Hongaarse competitie. Je moet realistisch zijn: de Premier League komt niet voor mij. Maar je kunt, ook zonder de absolute topcompetities achter je naam, een mooie carrière hebben."