'Ik kon toen naar Barça, Ajax en Real, maar AC Milan was onwerkelijk'
Alexandre Pato stond als tiener in de belangstelling van tal van Europese topclubs. De inmiddels 32-jarige Braziliaan stelde onder meer Ajax teleur, want hij was vastbesloten om bij AC Milan aan de slag te gaan, vertelt hij aan The Players' Tribune.
Pato vestigde zijn naam als toptalent tijdens het WK voor clubteams in 2006. Met Internacional versloeg hij in de finale FC Barcelona. "Ik kon daarna naar Barça, Ajax en Real Madrid. Waarom dan AC Milan? Heb je wel met ze op de PlayStation gespeeld? Ze waren onwerkelijk! Kaká, Seedorf, Pirlo, Maldini, Nesta, Gattuso, Shevchenko. En O Fenômeno, de echte Ronaldo. Ik moest met hem spelen. Wat een opstelling. Milan was toen hét team en had net de Champions League gewonnen."
"Ik had zoiets van: wanneer gaat de eerste vlucht?", vervolgt de aanvaller, die echter een onaangename start beleefde van zijn Italiaanse avontuur. "Ik had een oogcontrole tijdens de medische testen en ik drukte met mijn handpalm te hard op mijn linkeroog. Toen ik hem weer open deed kon ik nauwelijks nog zien. Ik kreeg oogdruppels, maar ik verliet de kamer bijna blind. En wie stond daar te wachten? De grote Carlo Ancelotti. Hij zei: Tutto bene? Ik zei dat alles goed was, maar kon hem nauwelijks zien. Ik heb een foto met hem, waarop mijn ogen praktisch dicht zijn, haha."
Ancelotti nam Pato mee naar de rest van de Milan-selectie. "Iedereen stond op en schudde mijn hand. Iedereen. Ronaldo, Kaká, Seedorf... Wow. Dat was dag één bij Milan. Het videospel was werkelijkheid geworden."
Pato kon zijn grote belofte nooit helemaal inlossen bij I Rossoneri, waarvoor hij tussen 2007 en 2013 uitkwam. Sinds februari is hij actief bij Orlando City.