'Directeur nummer 324 in zes jaar tijd' voor NAC: 'Zullen niet uit mijn hand eten'

Mattijs Manders heeft hectisch maanden achter de rug. De bestuurder vertrok in juni 2019 als algemeen directeur van ADO Den Haag en is inmiddels ook alweer weg bij de Eredivisie CV: op zondag 3 mei werd hij tot ieders verrassing gepresenteerd bij NAC Breda.

Manders vindt het niet vreemd dat zijn aanstelling met enig scepsis is ontvangen. "Mensen zullen niet direct uit mijn hand eten. Directeur nummer 324 in zes jaar tijd. Zo van: we gaan het wel weer zien. Aan mij, aan ons, om ervoor te zorgen dat NAC eindelijk in rustig vaarwater terechtkomt", vertelt hij aan BN DeStem. De nieuwe directeur ziet in ieder geval voldoende potentie in de West-Brabanders. "Er zijn heel veel clubs waarvan ik denk: wat moet je daar nu doen? Daar gebeurt nooit wat. NAC is een club die leeft met 19.000 mensen op de tribune, dat vind ik leuk. Supporters vormen het bestaansrecht van een club."

Dat hij weer bij een club kon werken, was voor Manders een belangrijke reden om de Eredivisie CV voor NAC te verruilen. "De dynamiek, hectiek, spanning, stress die erbij hoort, heb je niet in Zeist. Dat miste ik", aldus Manders, die naar eigen zeggen 'nog tien jaar' bij ADO had kunnen blijven. "Maar ik merkte bij ADO dat het cultuurverschil en de verwachtingen vanuit China niet altijd in lijn lagen met de Haagse belangen. Ik benadruk wel graag nog even dat ik na een moeizame start altijd uitstekende contacten heb gehad met de heer Wang van eigenaar UVS."