'Toen gebeurde wat iedereen had voorzien, trok Ajax zijn handen van Ihattaren af'
Het is geen verrassing dat Mohamed Ihattaren er ook bij Ajax niet in is geslaagd om zijn carrière vlot te trekken. Dat stelt Sjoerd Mossou, die in zijn column in het Algemeen Dagblad zeer kritisch is op de Amsterdammers.
Mossou haalt aan dat Ihattaren nog geen halfjaar geleden inviel in de bekerfinale. 'Het was de gênantste wissel van het jaar, toen al. Een duidelijk te zware Ihattaren mocht in de slotfase invallen in de Kuip, bedoeld als sneue provocatie aan het adres van PSV, de club die hem opleidde', oordeelt de verslaggever.
Hoewel hij een opleving had tijdens de voorbereiding, wist de twintigjarige spelmaker ook bij Ajax niet uit het dal te klimmen. 'Bij Ajax hebben ze ondertussen allang stilzwijgend afscheid van hem genomen', denkt Mossou. 'De Amsterdamse club tracht het onderwerp al een tijdje verbeten dood te zwijgen, de kop in het zand, wachtend tot Ihattaren stilletjes terugkeert naar zijn werkgever Juventus. Ergens is dat nog begrijpelijk ook. Het aantrekken van Ihattaren was in januari een wilde gok, gestoeld op een combinatie van arrogantie, winstbejag en een haast onvoorstelbare onwetendheid.'
'Dat laatste is misschien wel het meest schrijnende aan het Amsterdamse gestunt met Ihattaren', vervolgt Mossou, die benadrukt dat iedereen die langer met de speler samenwerkte deze mislukking had voorspeld, zij het met pijn in het hart. 'Niet voor niets ontfermde bij PSV een compleet leger aan specialisten zich jarenlang over de jonge voetballer.' Ook Mino Raiola zette in Italië nog een begeleider op Ihattaren. 'Al die mensen trokken vroeg of laat dezelfde harde, maar simpele conclusie: mentaal niet geschikt voor topvoetbal.'
Ajax besloot toch de gok te wagen. 'Maar toen vervolgens exact gebeurde wat al zijn voormalig begeleiders al hadden voorzien, trok Ajax zijn handen van de voetballer af. Triest, in alle denkbare betekenissen van het woord', aldus Mossou.