Leidt Ziyech écht veel balverlies? Cijfers van Eredivisie-spelmakers op een rij

Ziyech zelf schilderde de kritiek op zijn balverlies tegen NAC Breda af als 'typisch Nederlands'. 21 keer leed hij balverlies in Breda, maar dat was volgens de Ajax-spelmaker zelf het gevolg van het meer risico in zijn spel leggen. "Ik ben iemand die graag medespelers voor de keeper zet, dat gaat gepaard met passes die niet eenvoudig zijn", reageerde hij tegen Voetbal International.

Uit de Eredivisie-cijfers van dit seizoen blijkt dat Ziyech inderdaad meer balverlies leidt dan zijn top drie-concurrenten Jens Toornstra (Feyenoord) en Gáston Pereiro (PSV). Ongeveer 75 procent van zijn ballen komt aan, tegenover 82 en ruim 77 voor respectievelijk Toornstra en Pereiro. Ook verliest Ziyech vaker de bal als hij in een duel komt, bijna drie keer per wedstrijd. Toornstra overkomt dat één keer elke twee wedstrijden gemiddeld, en Pereiro anderhalf keer per wedstrijd.

Veel doorslaggevender
Maar daartegenover staat dat Ziyech véél meer passt dan zijn concurrenten (bijna 60 passes per wedstrijd) én dat hij veel vaker doorslaggevend is met zijn passes. Per wedstrijd stelt hij ruim vier keer een ploeggenoot in staat om te scoren. Dat leverde hem tot nu toe zeven assists op. Bij Toornstra (1.8) en Pereiro (2.5) ligt het aantal key passes per wedstrijd lager. Ook het aantal steekpasses (0.6 per wedstrijd) van Ziyech ligt hoger dan bij zijn concurrenten (beiden 0.1).

Pereiro is daarentegen weer veel effectiever in zijn schoten. De Uruguayaan is niet echt de man die het spel verdeelt, maar bijzonder efficiënt is. Passes geeft hij weinig (23,5 per wedstrijd) maar met zijn 2.6 schoten per wedstrijd heeft hij wel al vijf keer gescoord dit Eredivisie-seizoen. Toornstra is het meest zuiver in zijn passing en verliest de bal het minst in duels. De Feyenoorder is van de drie nummers tien wel de man die het vaakst een bal slecht controleert, twee keer per wedstrijd.

Ziyech is koning balheroveren
Interessant is ook om te zien hoe de drie spelmakers doorslaggevend zijn in het heroveren van de bal. Ziyech is daar absoluut koning in: per wedstrijd maakt hij 1.3 intercepties. De cijfers van Toornstra (0.6) en zeker die van Pereiro (0.1) vallen daarbij in het niet.

Drie verrassende nummers tien
We leggen ook de statistieken van drie opvallende nummers tien uit de subtop onder de loep: Zakaria Labyad (FC Utrecht), Guus Til (AZ) en Younes Namli (PEC Zwolle). Wat bij Labyad opvalt: de Utrecht-spelmaker is zéér effectief met vijf goals en vier assists, terwijl hij niet heel veel passes geeft en ook de een laag succespercentage heeft in zijn passing. Wel is hij bijna drie keer per wedstrijd goed voor een key pass.

Veelscorende Til
Til is vooral bijzonder scherp in het zelf afmaken van kansen. Met 1.4 key passes per wedstrijd zet hij een ploeggenoot wel regelmatig voor de goal, maar tot een assist leidde dat nog niet. Wel scoorde hij vijf keer, ondanks het feit dat hij niet bijzonder veel op doel schot (2.5 keer per wedstrijd) ten opzichte van zijn concurrenten. Til is bijzonder zuiver in zijn passing (82%) en is ook vaak goed voor een steekbal (1.3 per wedstrijd, meer dan de spelmakers van de top-drie).

Dribbelaar Namli
Bij Namli ziet het er dit seizoen vooral heel leuk en spectaculair uit, maar tot veel resultaat heeft dit nog niet geleid voor PEC Zwolle met één goal en één assist. Van deze drie spelmakers heeft hij wel de meeste key passes, dus zijn ploeggenoten schieten ook wel tekort. Namli is met twee succesvolle dribbels per wedstrijd de grootste dribbelaar, maar verliest ook het vaakst de bal in duels en laat de bal ook te vaak van zijn voet afspringen.

Welke statistiek van welke speler valt jou het meest op? Reageer in de comments!