Drie missers op rij breken Engeland op: Europese titel voor Italië
Portugal heeft na vijf jaar titelhouderschap een opvolger gekregen. Italië heeft zondagavond na strafschoppen de EK-finale van 2021 gewonnen: twee saves van Gianluigi Donnarumma bleken goud waard.
Voorafgaand aan de wedstrijd was het onrustig in Londen en ook de wedstrijd zelf begon stormachtig: nog niet eens twee minuten na het eerste fluitsignaal van Björn Kuipers was de wedstrijd al opengebroken, dankzij de vleugelverdedigers van Engeland. Kieran Trippier gaf voor en Luke Shaw verraste Donnarumma in de korte hoek: 0-1.
Het was meteen het laatste offensieve wapenfeit van de Engelsen in de eerste helft. De ploeg van Gareth Southgate gaf het initiatief met veel plezier aan de tegenstander, die echter ook nauwelijks iets van betekenis kon creëren. Alleen Federico Chiesa zorgde nog voor dreiging, maar de 0-1 ruststand was een niet onlogische.
Ook na rust liet het Italiaanse offensief even op zich wachten, maar de Engelsen moesten uiteindelijk steeds verder terug. Een gevaarlijke vrije trap van Lorenzo Insigne was de eerste waarschuwing, daarna onderscheidde Jordan Pickford zich met een knappe save op een schot van Chiesa. John Stones zette Donnarumma aan de overzijde nog aan het werk, maar de 1-1 was onafwendbaar: Leonardo Bonucci frommelde hem uiteindelijk met enig fortuin binnen.
De Azzurri leken direct erop en erover te kunnen gaan, maar Domenico Berardi volleerde oog in oog met Pickford over. In de slotfase van de reguliere speeltijd ontstond er opnieuw een patstelling, waarin Italië bovendien verder moest zonder zijn geblesseerde smaakmaker Chiesa. Voor de achtste keer in vijftien knock-outwedstrijden op dit toernooi moest er verlengd worden.
In de eerste vijftien extra minuten gebeurde ook niet veel, al roken beide ploegen allebei één keer aan een goal. Kalvin Phillips schoot rakelings naast en Pickford bleef overeind na een rommelige situatie voor zijn neus. Nadat er van helft gewisseld werd, leken beide ploegen er meer aan te willen doen om een penaltyserie te voorkomen. Voor beide doelen ontstonden nerveuze momenten: Pickford redde in twee instanties op een vrije trap van Federico Bernardeschi en Donnarumma tastte bijna mis bij een indraaiende voorzet.
Het bleef bij 1-1, waardoor er voor het eerst sinds de Panenka-serie van 1976 een penaltyreeks in een EK-finale moest komen. De eerste misser kwam voor de rekening van Andrea Belotti, maar ook Marcus Rashford en Jadon Sancho misten in de reguliere serie. Specialist Jorginho kon het match point van de Azzurri verzilveren, maar Pickford wist de bal nog tegen de paal te duwen en redde Engeland. Saka tekende echter voor de derde Engelse misser op rij, waarmee de strijd alsnog gestreden was.